Zondag tot 10 uur in bed gelegen. Dat was kennelijk nodig. Ik voelde mijn benen wel. Misschien niet zo handig om zo ver te lopen. Het lijkt net alsof kleine legertjes onder mijn huid over mijn spieren lopen. Het voelt zo, maar het ziet er ook zo uit. Dit gebeurd ook bij mijn armen. Hier heb ik het gevoel dat deze legertjes per minuut spierweefsel opeten. ’s Middags een kerstboom gehaald op de brug over de Prinsengracht. Deze keer echt geld uitgegeven. 40 euro! Maar dan heb je ook wat. Een prachtige symmetrische spar. Je leeft maar 1 keer nietwaar. Mijn linkerarm is weer een stuk slechter geworden. Het om doen van een luier bij Zoran is bijna een onmogelijke opgaaf geworden. Onder de douche krijg ik mijn oksels en tenen bijna niet meer gedaan. Scheerschuim aanbrengen en scheren is een crime en zelfs het wassen van mijn gezicht na het scheren een opgaaf. Herma: wat een prachtig en sterk mens. Wat een voorrecht om haar te kennen en als vrouw te mogen hebben. De beste moeder die Zoran zich kan wensen. Wat zal het moeilijk voor haar worden. Eerst de zorg voor mij en daarna die leegte. Alleen een jongetje opvoeden zal niet meevallen. Aan de andere kant is het iets om voor te leven. Hij is immers letterlijk de vrucht van onze liefde. In mijn drang om zaken snel te regelen heb ik een trapliftbedrijf gebeld. Het is immers het beste als we gewoon hier kunnen blijven zodat Herma een goede thuisbasis heeft. Met een traplift en een zitbad in de woonkamer moet het nog wel een tijdje uit te houden zijn hier. Dan zijn we in ieder geval samen. Als het te zwaar voor haar wordt of we kunnen voornoemde zaken niet regelen dan zal ik naar een verpleegtehuis en later hospitium moeten. Zondagavond hebben we het zelfs gehad over op welk punt van de ziekte ik eruit wil stappen. Zoals ik er nu over denk is bij het niet meer kunnen praten de grens bereikt. Ik wil niet als een kwijlende incontinente kasplant stikken in mijn eigen speeksel, maar waardig afscheid kunnen nemen van mijn dierbaren en dan het leven. |
blog >